Tussen de middag op een blauwe maandag in juli. De hond en ik
nemen de gangbare omweg naar de brievenbus. Bij het oversteken van de singel
boort een straaljager door de geluidsbarrière. Op maandagen is de knal
behoorlijk harder. Dat was vroeger al zo kan ik mij herinneren. Hebben de
piloten dan een vrij - lees vliegloos - weekend achter de rug of zo waardoor ze dringend moeten knallen? Afijn.
Bij de werkelijk oorverdovende donder trekt de hond in een reflex zijn achterpoten
in.
We zijn aan de overkant beland. Het zit niet mee. Een medewerkster
van de thuiszorg ploft een zware zak afval in de ondergrondse vuilcontainer
naast het zorgcentrum. Kaboem! Skip duikt in een acute reactie omlaag. Een toeristenstroom
rijwielen noopt ons om geruime tijd ons geduld te bewaren. Skip moet wachten
tot de hekkensluiter van de karavaan gepasseerd is. Het drijven zit bij onze
hoeder in het bloed. We kunnen over. Skip hield onder al deze omstandigheden
zijn koppie koel. Een knappe prestatie met zulke zomerse temperaturen.