maandag 23 april 2018

ROSSE BUURT




Pufwolkjes tegen strak blauw. Vroeg in de morgen en het is al drukkend warm. Onder de bougainvillea in de voortuin van de voormalige pastorie staart Ginger de poes vriendelijk. Ze volgt ons op enkele meters afstand tot we de grote weg oversteken. Loopse Pop heeft geen tijd voor haar. Op weg naar de rosse buurt stiefelt ze door echoënde steegjes waar mijn voetstappen hol klinken. 

Het is oppassen geblazen. Pop is hot en paradeert uitdagend alsof ze elk moment een 'fiet fieuw' (bouwvakkersfluitje) verwacht. We bevinden ons in het territorium van kaneelkleurige pitbulls, cognackleurige teckels, gouden cockers, retrievers en havanezers en Duo Penotti Shih Tzu's. Pop slaat een paadje in dat ze normaal mijdt als de pest. In een woningblok van zeven geschakelde huizen gromt de zware jongen die we (gelukkig) nog nooit hebben gezien, vervaarlijk. Pop heupwiegt langs de dichte tuinpoort en bubbelt haar bips voor de kier. Het gegrom gaat over in hevig gejank. Verwaand gooit ze haar eigenwijze kopje achterover: Nu heeft sletje alles onder controle. Het geloei reikt tot twee straten verderop.

Blue, een witte Chihuahua met gespikkeld kopje loopt los in een doodlopende straat. Net een jaar is hij en nu al de kans van zijn leven. Pop zakt door de achterpoten, maar de baas en ik zijn hem voor. Pop mag los in de hondenren. De dertienjarige donkere Jack Hussel Joy haakt bijna door het hek heen vast. Op de terugweg struikelen we nog over een eendenkoppel dat slaapt tussen gekapte laurierstruiken. Pop hapt in een reflex. Toch nog beet. Ze laat onmiddellijk los. Beiden komen met de schrik vrij. We belanden veilig thuis. De komende 72 uur blijft ze op eigen terrein. Voor je het weet, zit je met een nestje van tien.