Met al mijn reuen kon ik lezen en
schrijven. Pop, ons eerste teefje, leest mij beter dan ik haar. Niets zo
voorspelbaar als een Pop en tegelijkertijd niets zo wispelturig als een Pop. Ze
is nogal onregelmatig en vaker dan gebruikelijk loops (zonder te vloeien
overigens). Het zou best iets met de vrouwelijke hormonen van doen kunnen hebben.
Of is haar (Scandinavische) ondoorgrondelijkheid een van de karakteristieken
van haar sterrenbeeld boogschutter en behoeft er gewoon niet dieper gegraven te
worden? Ongecompliceerd tot het oppervlakkige af, gauw opgewonden met als
gevolg doordraven of verstrooidheid, en haar schranderheid gebruiken om toestanden
waar ze geen zin in heeft te omzeilen; voor haar geen kunstjes, trucjes of
spelletjes op commando. Óf is
ons schattige sneeuwvosje gewoon een no-nonsense NBS die als aan
haar basics (veel de natuur in en vrij kunnen bewegen) wordt voldaan, simpelweg
tevreden is.
Pop leest voor de volle 100% mijn
gedachten; ik hoef ze niet eens uit te spreken. Bijzonder knap, daar haar focus
meer op haar lieffie Wim ligt. Toch hebben we samen een onzichtbaar lijntje. Het
zijn stuk voor stuk kleine dingetjes en momentjes waaraan ik merk hoe ze mijn
gedrag beoordeelt en daarop inspeelt. Ze maakt er dankbaar en gretig gebruik
van. In ons beider voordeel, dat moet gezegd. Wanneer ik denk de route te wijzigen,
is zij me al voor. Door weg te galopperen als ze het oneens met me is, instemmend
door al de kant op te lopen die ik wil voorslaan. Heel soms kan ze me zomaar
verrassen door een voorwerp uit de mand met ongebruikt speelgoed waar alleen de
hondenloge’s mee spelen, te geven. Wat haar bedoeling is, is nog steeds onduidelijk.
Want op de pogingen die ik doe, gaat ze niet op in. Zou ze lekkere trek hebben en
wil zij mij bijbrengen dat beloningskoekjes uiteindelijk toch horen bij
oefeningen? NB de voor voerongevoelige Pop opvoeden deden we met onze stem en
gezichtsuitdrukkingen.
Geveld door een akelige keelontsteking
(hees en hoestenhoestenhoesten), vrees ik het ergste. Want Pop is ansich een
gemakkelijk hondje, maar dwingelandij is haar troef als ze meent dat ze iets
tekortkomt waar ze recht op heeft. En dan is er weer zo’n prettige verrassing:
ze waardeert het dat vriendje Wim tweemaal daags met haar naar bos en hei rijdt.
Voor de verdere dag-en-nachtindeling schuift ze al haar verlangens terzijde en
ligt het toegewijde kruikje strak tegen me aan, alsof ze wil aangeven: gedeelde
smart is halve smart. Wanneer ik zowat stik in een van de zeer frequente
hoestbuien, legt ze een voorpootje op me, waarmee ze wil zeggen: het komt wel
goed schatje. Bekomen van een de zoveelste schorre hoestblafbulder knijp ik
even met mijn ogen. Ik hoef niet uit te spreken dat je nergens een empatischer
en hartveroverend hondje vindt. De reactie is een kusje van Schmoopie, want zo
noemen we Witje liefkozend in een vertederende
context.