Blijhartige pup Tess, begiftigd met
steenkolenzwarte pels, een kapitale witte T op de borst en bijpassende witte
kaplaarsjes, en niet te vergeten een suprême lange staart, is van de schrandere
soort. Ze krabt zich suf in haar nek. Desondanks begrijpt haar baas de
boodschap niet. Hij veronderstelt net als de geconsulteerde dierenarts vlooien,
maar ook deze treft geen poepjes op het babyhuidje aan.
Waarvan krijgt Tess soms de kriebels? Is het overspronggedrag? Heeft ze occasioneel een stressmomentje en lost ze dit op door krabben? Omdat ze het telkens doet als er iemand in de buurt is, meen ik te weten wat er schort. Tess mankeert niets. Ik informeer of ze het halsbandje continu draagt. Dat is zo. ‘Waarom eigenlijk? Lijkt me toch prettiger zonder?’ informeer ik. ‘Gewoon omdat we het niet afdoen’, is de logische conclusie van haar baas. ‘Ook niet na het zwemmen als het rode leren bandje met de traditionele boerenzakdoek eraan vast, nat is? Want dan blijft de huid daaronder klam.’ ‘Nee’, aldus haar baas. Tien tegen één dat we de krabkwestie hebben nagevlooid: Tess is een soevereine hond die duidelijk wil maken dat ze a) niet van onnodige halsversiering houdt en b) het bandje haar irriteert. Haar eigenaar was nooit op dat idee gekomen. Hij gaat het uitproberen door haar thuis van het bandje te ontdoen. Wedden dat?