Nederlanders schijnen
een nieuwsgierig volkje te zijn dat zich nergens voor schaamt. Gluren bij de
buren zit in onze aard. In het echie, of op internet op huizensites. Door de
massale plakwoede van folie op de ruiten en naar beneden gelaten rolluiken zou
je het geloven ook. Want: vrijpostig koekeloeren bij een ander is niet
hetzelfde als wanneer iemand indiscreet zijn gezicht tegen jouw venster
drukt.
Een hond kan goed van
pas komen bij het naar binnen turen, volgens Nancy Berendsen (uit:
‘Binnenkijken’). Met de hond aan de lijn heb je immers een prima excuus om voor
een raam te blijven dralen om zo het interieur goed in je op te nemen. Ik kan
me nauwelijks voorstellen dat Nancy een hond heeft en die uitlaat langs een
huizenrij. In onze parochie schuiven senioren met priemende ogen acuut de
vitrage aan de kant, of kloppen driftig op de raam alléén al bij de gedachte
dat je voor hun raam halt zou houden om daar je hond de gevel, of de met zorg gepote geraniums te laten bewateren. En zeker met zo een dag als vandaag als
het blijft sijpelen, heeft het sleuren langs deuren voor Skip en mij geen
toegevoegde waarde. Nee, wij zien met plezier af van inkijkjes en genieten
liever ongestoord in de natuur. Bij wat voor weer dan ook.