Het motregent. Ik had een treurige
column gepland over een herfstig bos. Vincent Bijlo* was me voor. Hij schreef
een ode aan de overgang met onovertrefbaar woordgebruik als ‘bomen wachten
geduldig op de striptease van de herfst’, ‘de ringtones van de natuur’, en ‘elfen
die op bankjes in de lach schieten’. Er miste één ding: de hond.
Skip en ik knepen een oogje dicht tussen
het geboomte waar de herfst stiekem insluipt en zagen door de oren van Vincent.
Een zoevende V zwanen, een schuifelende egel, van blad af rollende dauwdruppels die in plassen petsen,
getweet van muisjes in nat gras, mijn nylon mouwen die bij elke beweging
hoorbaar tegen de jas schuren, nijvere eekhoorntjes die inzamelingsacties op de
grond houden en Skip die het niet na kan laten ze achterna te gaan, een
dwarrelend eikentakje dat vlak voor mij valt, vrolijke voetstapjes op kiezels. Ik
open mijn kijkers en zie een Cocker Spanielpup, vers uit het nest. Hij is de
opvolger van baasjes die nog lang na de dood van hun vorige lieveling zwoeren
nooit meer een hond te nemen. Herfst. We hebben er zin in.
*De blinde cabaretier/schrijver Vincent Bijlo schreef de column in PUUR
NATUUR nr. 22