Het is onstuimig
met aanvallende rukwinden. Het is geen optie om in alle openheid te wandelen. Zandstormen razen
over de lege akkers die nog onbeplant zijn. In het beschutte bosperceel liggen boomstammen geveld als
luciferhoutjes. Idioterie om hier te lopen, maar in een woonwijk kan ook zomaar een
dakpan op je hersenpan belanden. We besluiten een omgedraaide wandeling te
maken zodat we eerst wind mee hebben en warmlopen. Gek, dat iets bekends dan
weer zo verrassend is. Skip ontdekt nieuwe wegen.
Door het missen van de afslag (we hadden
voorheen niet gemerkt dat er twee waren), raken we ergens verzeild waar we nog
nooit zijn geweest: een eng paadje langs een klif. De onbekende toeristische
route die van de andere zijde ontoegankelijk is, voert ons langs een bezienswaardigheid:
een bever in bedrijf die het water inglijdt als Skip zijn smoel boven de
afgrond laat zien. We lopen verder. Veel eerder dan gepland staan we op asfalt
waar drie gasten gekapt hout uit het bos in een grijze bus met Bulgaars
kenteken stouwen.