Zondagochtend. Blauwe
lucht, zon en een graadje lager dan gangbaar is. Perfecte omstandigheden om
eropuit te trekken. Ergens weg van de bewoonde wereld heerst bedrieglijke rust.
Even later is er een hausse aan mountainbikers en joggers buiten. Gedaantes in oogverblindend
neon hardlooptenue sloven zich in groepjes uit onder leiding van een trainer. Hij laat ze in onze ogen vreemd aandoende balletoefeningen doen; wat de
trainer zegt, wordt klakkeloos opgevolgd. De nieuwelingen herken je aan de zwembandjes,
zweterige rode hoofden en de bij elkaar geraapte foute sportkleding. De schonkige
fanatiekelingen, stakerige pootjes in maillot gehesen, dragen professionele computerapparatuur
om armen en polsen, en een taillegordel met sportdrankjes.
En dan heb je zonder
uitzondering bij elk groepje een aanstellerig figuur met een zogenaamde hondenfobie die moet overdrijven - iemand die echt panisch is verstard. Of
de hond aangelijnd zit, totale desinteresse vertoont en formaatje aaibaar
heeft, maakt niet. De dame in kwestie (het zijn altijd vrouwen) grijpt ter
ondersteuning de arm van een groepslid vast, plaatst zich buiten de groep,
gilt, vertelt ongevraagd met luide stem waarom ze zo bang is, trappelt met de
benen, zwaait met armen en blijft vooral de hond strak aankijken.
Ik leg het
nog een keer uit. Wil je NIET dat een hond
naar jou toekomt? Vestig dan NIET de aandacht op jouw persoon, zo vindt een
hond jou absoluut niet interessant.
- Staar de hond niet aan. Kijk een andere
kant op door je gezicht en je lichaam een kwartslag van de hond af te wenden.
- Loop of jog zoals je normaal ook loopt:
losjes en nonchalant.
- Geen gezwaai met de armen en geen gegil of
gebrul. Verminder eventueel vaart (dit geldt vooral voor wielrenners).
- Schenk geen aandacht aan de hond en roep
niets tegen hem.
- Een tegen je opspringende hond voorkom je
door je hand op zijn snuit hoogte te houden (alsof je er een koekje in hebt),
of rechtopstaand door je knieën te zakken. O ja, het vaak geadviseerde knietje geven, helpt nog steeds niet.
- Last but not least: joggen of wandelen in een hondenlosloopgebied is niet echt handig als je bang voor honden bent.
Een jogger die we laatst
tegenkwamen, had zelf een originele en doeltreffende oplossing bedacht. Hij neemt uit voorzorg een tennisbal
mee als apport voor een te opdringerige vreemde hond.