Onderweg in de auto naar Tegelen. We moeten wachten voor het
rode stoplicht. Rechts van ons steken Witte Herder Katja en haar baas het
zebrapad over. Skip drukt zijn natte neus tegen de zijruit van de auto. Hij
ziet het beeld van een goeduitziende middenvijftiger met een dubbelgangster van
vriendin Payka. Skip stampvoet met zijn voorpoten: Payka! Het zijn Luud en Payka.
We moeten ernaar toe!
Ik leg uit: ‘Da’s Payka niet, het is Katja. Die vind je ook
lief. En die man is toch ook niet Luud?’ Skip kijkt me ongelovig aan.
Normalerwijs zou hij kunnen ruiken dat het een andere hond is dan hij bedoelt.
In de auto met gesloten ramen werkt dat niet. Het licht springt op groen en ik
rijd weg. Niet overtuigd van mijn uitleg, piept hij zachtjes van onmacht. Hij
volgt ze door de achterruit tot ze uit het zicht zijn verdwenen.
Payka en Skip