Twee weken hebben we in
Hotel Kluifje mogen genoten van Loopse Lundie loge Pippi: een hondje om in je hart
te sluiten. Ze is zo’n blije mus die zich meteen innestelt en gezelligheid
meebrengt. Helemaal doorkneed, is ze weer waar ze hoort: bij haar familie en
roedelgenoten Trude, Mika, Ziggy, Isku en poes Sherlock.
We missen haar
aandoenlijke snoetje, haar schattige huppeltje, de aanloopjes naar het bed met
het acrobatisch luchtsprongetje (ja, natuurlijk lag ze ’s nachts tussen ons
in), het gemuis in de tuin, de gekke-vijf-minutenrondjes op het grasveld, de
als een bontstola opgerolde donut in de fauteuil op mijn kantoor, het kuume (zangerige zuchtjes van genot) bij het
knuffelen en aaien waar we beiden geen genoeg van kregen.
De Noorse Lundehund is
best zeldzaam. Ik begrijp niet waarom: ze zijn lief, gezellig, knuffelig, en
heerlijk als bedkruik. De gezapige Lundies hebben weinig wandelbehoefte, mits
je ze van voldoende aandacht, een grote (speel)tuin en hondse huisgenootjes
voorziet. Haar eerste blafje deed Pippi pas toen haar vrouwtje haar weer op
kwam halen. Een minpuntje is dat de Noorse Lundehund niet graag alleen blijft. Maar van zo’n goedgemutste moppies wil je er zeker tig, of je neemt je schatje
in handig handtasformaat gewoon overal mee naar toe.