Louter hypothetisch. Stel je loopt in een niet nader te benoemen met
poedersuiker bestrooid landschap. Het is er betoverend stil en je waant je in
een andere tijdzone. De hond moet er verplicht aan de lijn. Waarom? Omdat de
beheerder dat mag bepalen. Op dit moment zie je geen enkel beletsel om je hond (ook
een dier) los te laten.
Uit het niets duikt een denkbeeldig groen voertuig van de bospolitie op. De bestuurder is in de veronderstelling dat hij in het voorbijgaan twee normale wandelaars zonder hond groet. Je imaginaire tarwekleurige hond sluipt intussen met trage tred onzichtbaar tussen het verdorde gras. In theorie zou je opgelucht adem halen als de terreinwagen doorrijdt. Kort daarop draait het om. Ruikt de man onraad? De hond speelt het wegwezen-spelletje met pretoogjes mee: hij gebruikt de smalst mogelijke oversteekplaatsen en houdt zich verborgen in dichte vegetatie.
De toezichthouder blijft er warmpjes bijzitten als hij de wagen in een heimelijk hoekje parkeert. Zit hij hen op de hielen? Je fluisterroept de denkbeeldige hond om samen via een omweg te ontkomen. De hond snapt de bedoeling. Jammer dat je hem moet belonen met aanlijnen, hij heeft beter verdiend. De hond had het zich ook anders voorgesteld. Een illusie. Hij kan zich indenken dat het uitgespaarde geld voor een boete goed besteed kan worden aan bijvoorbeeld een lekker stukje kant-en-klaarvlees uit de supermarkt. Wat spijtig dat dit een fictief verhaal is.
Uit het niets duikt een denkbeeldig groen voertuig van de bospolitie op. De bestuurder is in de veronderstelling dat hij in het voorbijgaan twee normale wandelaars zonder hond groet. Je imaginaire tarwekleurige hond sluipt intussen met trage tred onzichtbaar tussen het verdorde gras. In theorie zou je opgelucht adem halen als de terreinwagen doorrijdt. Kort daarop draait het om. Ruikt de man onraad? De hond speelt het wegwezen-spelletje met pretoogjes mee: hij gebruikt de smalst mogelijke oversteekplaatsen en houdt zich verborgen in dichte vegetatie.
De toezichthouder blijft er warmpjes bijzitten als hij de wagen in een heimelijk hoekje parkeert. Zit hij hen op de hielen? Je fluisterroept de denkbeeldige hond om samen via een omweg te ontkomen. De hond snapt de bedoeling. Jammer dat je hem moet belonen met aanlijnen, hij heeft beter verdiend. De hond had het zich ook anders voorgesteld. Een illusie. Hij kan zich indenken dat het uitgespaarde geld voor een boete goed besteed kan worden aan bijvoorbeeld een lekker stukje kant-en-klaarvlees uit de supermarkt. Wat spijtig dat dit een fictief verhaal is.