uit de oude doos:
Noorse Buhund prequel dogtales 29
Van zijn vorige eigenaren wisten we dat Skip geen voorstander is van een
wasbeurt. Dat de na afloop onvermijdelijke natte, klamme vacht onprettig
aanvoelt, daar kan ik me best een voorstelling van maken. Het wassen op zich
zou een weldadige beleving moeten zijn. Vaak ontstaat een hekel aan badderen
door de manier waarop de hond benaderd wordt.
Om die reden heb ik met Skip een goed voorgesprek gevoerd. Ik heb hem verteld dat
de halfjaarlijkse wasbeurt onontkoombaar is. Dat de straal op stand ‘broes’
wordt gezet en dat er geen water in zijn oren zal lekken. Dat hoe minder hij
tegenstribbelt, hoe sneller het klusje geklaard is. En dat ik zeker weet dat
hij het na verloop van tijd fijn gaat vinden. Skip begreep de strekking.
Sindsdien is in bad gaan geen issue meer.
Tuurlijk probeert Skip er aanvankelijk onderuit te komen. Hij weet wanneer het
staat te gebeuren. Zijn handdoeken worden klaargelegd, de hondenshampoo staat in
de douche, maar het kan ook de onwelriekende visgeur zijn die aan hem kleeft. Deze
keer doorbrak ik het vaste ritueel om hem te misleiden. Toch had hij een vaag vermoeden.
Ik lokte hem onder verkeerde voorwendsels naar boven toe, want als je zegt
‘je moet in bad’, dan duikt hij subiet weg. Een leugentje om bestwil mag, want
hij weet dat ik nooit echt tegen hem zal liegen. Vol vertrouwen en met een
vleugje gezonde achterdocht volgde hij me. Bovenaan het trapportaal sloop hij
met een noodgang langs de badkamer richting de dichte slaapkamerdeur. Hier
hadden we op gerekend. W. had onderhand de uitweg naar de trap versperd. Zo
dreven we Skip in de richting waar we hem hebben wilden. Hij snapte dat het
menens was en stapte volledig vrijwillig en gelaten in de douchebak.
Voor het inzepen kon beginnen, werd hij nat gesprudelt. Even laten inwerken, uitspoelen en een tweede keer
shamponeren met een conditioner voor een fluweelzachte vacht zonder
klitten. Hij stribbelde niet tegen en draaide desgewenst in alle gevraagde
posities, terwijl ik hem toefluisterde wat een knappe jongen hij straks zou
zijn. Skip is, net als iedere hond, heel gevoelig voor complimenten.
Gedurende de tijd dat Skip in de week stond, nam ik foto’s. Dat vindt hij
leuk en het leidt een beetje af. Gewoon een kiekje van Skip in het sop en
eentje met een gedrapeerde handdoek als visuele bijlage voor deze anekdote.
Geen alles onthullende schoongeboende-blozende-baby-in-de-tobbe-foto zoals je die van jezelf, uit schaamtegevoel,
achteraan in het familiealbum hebt verstopt.
Eindelijk kon voor Skip het grote genieten beginnen. Het uitschudden van de
vacht om zich van het ergste nat te ontdoen en het uitgelaten cirkeltjes van
opluchting door de kamer maken. Daarna droog gemasseerd - kneden en masseren, NIET (tegen de
haarrichting) wrijven - worden in
ultrazachte, in de droger voorverwarmde badlakens.
Met de ogen dicht lag hij even later op bed waar hij zich helemaal overgaf.
Ik kreeg duidelijke aanwijzingen waar nog afgedroogd moest worden. ‘Voorpootje
omhoog’ wil zeggen: deze oksel is nog vochtig. De achterpoten wijdbeens
betekent: vergeet vooral de binnenkant van mijn broek niet. Afhankelijk van het
jaargetijde wordt de ondervacht wel of niet geföhnd.
En klaar was Skip. De salonbehandeling zat erop. Wat was mijn jochie weer
mooi en zacht, en wat rook hij heerlijk. Helaas was dat maar van korte duur.
Een etmaal later trappelde Skip weer met veel genoegen in de blubber rond en
keerde hij huiswaarts met vier identieke modderlaarsjes.