Bij opa kasten uitmesten en opruimen. De memory card van mijn ouweheer laat het geregeld afweten. Als zijn werkgeheugen volloopt, is hij van alles kwijt. Hoe minder ballast in huis, des te simpeler zijn levensavond is. Technische apparaten bedienen gaat nog slechts als er bij voorkeur één - of maximaal twee - handelingen te verrichten is. De audioset aanzetten, radio omwisselen naar cd, lade openen en sluiten, cd plaatsen en het start knopje indrukken om de cd af te spelen lukt niet meer. Opdat hij niet steeds met zijn beperking wordt geconfronteerd wordt, neem ik de cd’s mee naar huis.
Zondagmiddag plaatjes draaien. Skip schuift gezellig naast me. Een trip to memory lane met Frank Sinatra, Engelbert Humperdinck en Jim Reeves. Andre Rieu, James (over)Last en Jürgen Marcus skip ik. Als Tom Jones’ What’s new pussy cat door de speaker schalt, krijg ik een verachtelijke blik van Skip: zo kan die wel weer. Ik switch naar de in 1997 verongelukte countryzanger John Denver met Take me home, country roads. Skip houdt het niet meer. Gelijk heb je jongen. Gedateerd, maar in de seventies werden zijn platen grijsgedraaid. Skip wil naar buiten. Op de veranda zoekt hijdemonstratief een plekje dat het verst van de muziek verwijderd is. Tussen opa’s schijfjes vind ik tot mijn verrassing een cd met loungemuziek om om te chillen. Die draagt Skips goedkeuring. We ontspannen samen tijdens een sessie bankhangen.