RASPORTRET - Tatra
Mijn eerste kennismaking met de doorgaans naar vreemden toe terughoudende Tatrahond was atypisch. Het leverde me een gebroken middenvoetsbeentje op. Het anders zo wendbare gevaarte kwam in een nat weiland met iets te jeugdig elan op me af, stuurde te laat bij, walste over me heen en vloerde me. Ik was zo ondersteboven van het krachtige hondenbeest met de laconieke lippen dat ik hem datzelfde moment nog vergeven heb. Overigens heeft de intussen adolescente beschermheer keurige hondenmanieren aangeleerd.
Herkomst en geschiedenis
Van huis uit heet de door ons tot Tatra afgeslankte Poolse hond: Polski Owczarek Podhalanski. De uitgedijde naam die ‘herdershond van Podhale’ betekent, verwijst naar de hoogvlakten in het noorden van de Poolse Karpaten die aan de voet van het Tatragebergte liggen. Daar herdert de hond sinds mensenheugenis op de eindeloze alpenweiden. De Tatra staat verder bekend als Goralenhond. Górale, de bergbevolking die een etnisch-culturele minderheid vormt in de streek die op de scheidslijn van Polen en Slowakije ligt, koesteren hun schaapskuddebeschermer en wakende hofhond als cultureel erfgoed. Owczarek (het verkleinwoord van Owczar) vertaal je als schaapherder of schaapsjongen. Het ras trotseerde de Eerste Wereldoorlog waarin de weerbestendige berghonden werden ingelijfd als allround diensthond (onder meer als verkenner en munitiedrager), en de Tweede Wereldoorlog waarin hij (on)terecht soldaat werd gemaakt. Bijna viel het doek voor de Tatra, maar net als in voorgaande millennia overleefde de hond de verschrikkingen. In 1956 begon de (weder)opbouw van het ras dat sinds 1967 onderdak vindt in FCI groep 1 Herdershonden en Veedrijvers nummer 252 sectie 1.
Karakter
Het krachtige gemoed van de evenwichtige witte berg- en wachthond met pluimstaart is te omschrijven als beheerst, schrander, oplettend, onverschrokken, leergierig, onafhankelijk, eigenzinnig, terughoudend naar vreemden, vriendelijk voor zijn gezin, en behoorlijk waaks. Binnens- en buitenshuis is het een prettige lui-ogende hond, behalve als zijn gezonde waakdrift wordt aangewakkerd. Het lijkt alsof hij de hele dag dut, maar schijn bedriegt: niets ontgaat hem. De minste of geringste verandering om hem heen zal hij staven met luid geblaf. De Tatra is geboren om afwachtend en voorzichtig naar vreemden te zijn. Alleen zo kan hij zijn kudde behoeden voor aanvallers. Of hij de eed van trouw heeft gezworen om het voor zijn gezin op te nemen, daar hoef je geen woorden aan vuil te maken. Het is vanzelfsprekend dat hij, zeker op eigen terrein, zijn eigen mensen en dieren door dik en dun zal verdedigen tegen onbekenden en kwaadwillenden. Zo’n Tatraktatie bestaat aanvankelijk uit een geducht dreigement. Je kunt hier de parallel trekken met de schaapskudde waarin de Tatra opgroeit. Hij aanvaardt hen als familie en voelt zich als begeleidend bewaker, verantwoordelijk om overal mee heen trekken. Hiervoor gooit hij zijn gewichtigheid (toch gauw tussen de 40 en 70 kilo) en zijn behoorlijke harde blaf in de strijd.
Sociaal gedrag
We stipten het eerder
al aan: de waakse Tatra is met opzet afstandelijk naar vreemden. Als ieniemienie
hondenvrouwtje kun je allenig met je trouwe Tatrawant
(in het duister of afgezonderd) met een veilig gevoel op pad. Een veelbetekende
waarschuwingsgrom, en geen hond die het in zijn hersens zal halen om zelfs maar
in jouw buurt te komen. Je toegewijde lijfwacht zal nooit direct de aanval
inzetten, of achter de belagers aangaan en je onbeschermd achterlaten. Een
kwestie van inschattingsvermogen en prioriteiten stellen.
De hond is ontvankelijk
voor knuffels van zijn eigen mensen. Onderweg zul je er rekening mee moeten
houden dat de Tatra automatisch verleidt tot aaien. Het komt door zijn
vriendelijke voorkomen én doordat niet-ingewijden de aanhalige Golden Retriever
door elkaar halen met de Tatra die liever een stapje terugdoet.
Een Tatra die naar zijn Tatrant is gesocialiseerd zal, mits hij geen negatieve ervaringen heeft opgedaan, met kinderen geduldig en redelijk tolerant zijn - let op met jong bezoek dat ‘ruziet’ met een van je telgen; onherroepelijk zal zijn beschermingsmechanisme in werking treden. Net als bij iedere hond is het bittere noodzaak dat kinderen zich aan de ingestelde omgangsregels houden en dat ze nooit zonder competent toezicht met een hond alleen worden gelaten. Als speelkameraadje scoort de Tatra matig. Logisch als je je waaktaak zo serieus neemt, dan blijft er verdomd weinig tijd over voor nevenactiviteiten. Hij is bovendien groot en lomp, en ziet bijvoorbeeld weinig nut om een opgeworpen tennisbal te apporteren die vervolgens toch weer wordt weggegooid. Correct kennismaken met soortgenoten in alle kleuren en maten kan discriminatie niet altijd voorkomen. Ondanks dat het ras geen knokkersmentaliteit bezit, zal de individuele Tatra duelleren met een hond van dezelfde kunne niet schuwen. Een volwassen reu is dikwijls onverdraagzaam met andere heerschappen. In de praktijk betekent dit dat hij aangelijnd zal blijven en dat de begeleider bij een (aanstaande) bejegening fysiek en mentaal zijn mannetje moet staan. Indien een Tatra ooit de overwinning heeft geproefd doordat een andere hond het waagde om hem zijn felbegeerde eretitel af te snoepen, smaakt dit naar meer. Gevolg: hij kan zonder pardon de ongekroonde schrik van de buurt worden.
Opvoeding en beweging
De Tatra is een dijk van een hond, ongeschikt voor mensen die een slaafse, gehoorzame, onderdanige waakhond wensen. Bevelen, of fysiek afdwingen, daar kan deze zelfstandig functionerend hond niets mee. Hij verleent zijn medewerking uit overtuiging en genegenheid voor jou. Beschermen en waken, zit de Tatra in het bloed, dat hoef je hem niet aan te leren, eerder soms temperen. De (toekomstige) eigenaar die het Tatratraject wil ingaan, zal eerst het Grotehondenhandboek moeten doorbladeren. Relevante passages zijn: overtuigen als opvoeder en (bege)leider, in harmonie samenleven, nooit van elkaar scheiden (hij volgt en beschermt bij voorkeur zonder verlof of vakantie te nemen), zelfbeschikkingsrecht, geen druk uitoefenen, bewegingsvrijheid, aanvaarden dat opgelegde spelregels (als de omstandigheden daarom vragen) er zijn om zonder discussie te wijzigen, van jongs af aan lijfelijk en geestelijk overwicht hebben. De Tatra is niet eenduidig in temperament. Hun persoonlijkheid verschilt, net als hun gedrag. Dit is inherent aan zijn afkomst en ervaring als (opgroeiende) pup. Juist diegene waarmee hij zich nauw verbonden voelt, kan te maken krijgen met bruutheid. Ben je te toegeeflijk of inconsequent (de Tatra weet precies bij welk gezinslid hij succesvol is) dan daal je in zijn achting. Hij bepaalt dan op den duur waar je mag gaan en staan. Een ongewilde Tatragedie ligt dan op de loer.
De redelijk
erfvaste Tatra vertoeft graag buiten, en volgens de Tatraditie doet hij dat uitsluitend in het gezelschap van zijn
roedel. Gaat de baas weer naar binnen dan volgt hij. Nogal wiedes. Alleen thuis
blijven als zijn roedel zonder hem vertrekt, is mogelijk na voldoende beweging
en mits hij daarin is geTatraind
De alles en iedereen observerende en detecterende Tatra trekt er met plezier op uit. Eén uur per dag struinen door het veld, banjeren langs het (kust)water, nieuwe geuren en sporen op doen, is het minimum voor de volwassen Tatra. Van nature is hij geen volger. De autonome hond moet je bijbrengen om op jou te letten in plaats van zijn eigen Tatracé te volgen. De hond is geen zwemmert, maar je hebt dwarsdrijvers die hiervan afwijken. Plodderen en modderen, vinden alle Tatrahonden fijn. Door zijn dikke zelfreinigende vacht is hij bestand tegen allerlei weersomstandigheden en blijft het vuil na liggen op de grond, achter bij het opstaan.
Gezondheid en verzorging
De Tatra is een relatief gezond ras. Beide belangenbehartigers richten hun fokbeleid erop om een Tatranendal door gezondheidsklachten te voorkomen, te beperken en terug te dringen. Fokdieren worden gescreend op o.a. oogaandoeningen, Dilaterende Cardiomyopathie (DCM) en Heupdysplasie (HD). Naast erfelijke aanleg is de specifieke omgang van eigenaar/Tatra van invloed op zijn gezondheid en welbevinden. Heupdysplasie (HD), is zo’n door erfelijke factoren (25%) en uitwendige invloeden (o.a. voeding en onstuimigheid) ontwikkelingsstoornis van de heupgewrichten die ook bij de Tatra kan voorkomen. Doordat er te veel beweeglijkheid tussen dijbeenkop ten opzichte van de heupkom is, treedt vervroegde slijtage in het heupgewricht op die uiteindelijk zal leiden tot pijnlijke artrose.
Van binnen is de Tatra weelderig gevoerd met één
brok inzet. Van buiten is hij bekleed met een spierwitte hard aanvoelende vacht: op de hals en romp (half)lang, dicht
en recht, soms licht golvend, een dikke ondervacht, en een fraaie pluimstaart.
De werkjas heeft een beschermende vetlaag en een zelfreinigende werking. Het harige
ensemble schreeuwt barre omstandigheden in het hooggebergte en een streng
landklimaat. Aan de nogal uiteenlopende Nederlandse weersomstandigheden past de
Tatra zich daarom uitstekend aan.
Het wit is (bij
het fokken) bewust gekozen om niet op te vallen tussen de schapen, en opdat de
herder hem in het donker kon onderscheiden van roofwild zoals beren en wolven
die het vee belaagden.
Regelmatig borstelen en kammen volstaat. Tijdens de ontvachting die een- of tweemaal per jaar plaatsvindt, ligt je hele hebbe en houwen wekenlang vol haren, je vindt zelfs bossen in je koffie. Zit niet met je handen in het haar, maar los het op door simpelweg wat vaker de stofzuiger uit de kast te pakken.
De belangen van de Tatra worden behartigd door: Tatra hondenvereniging Owczarek Podhalanski Nederland www.topnl.eu & Tatra-Club Owczarek Podhalanski www.tatraclub.nl