poedels in een maatje meer of minder
Wat is dat toch met poedels? Je valt als
een blok voor de krullenkop óf je durft je er (als echte kerel) absoluut niet
mee te vertonen. Aan de poedel, toujours
bon ton, blijft het stigma van opgedirkte damesdoes kleven. Onterecht, want de clevere
poedel is de crème de la crème onder de honden: een knappe comédien waar je beslist mee gezien mag worden.
Herkomst
en geschiedenis
Net als bij vele andere hondenrassen zijn er over de poedel verschillende
lezingen in omloop. Frankrijk én Duitsland eisten allebei de krullenhond die
gebruikt werd voor de jacht op waterwild, op als nationaal ras. Beiden beriepen
zich daarbij op de naam. In Duitsland wordt de poedel Pudel genoemd, dat in verband wordt gebracht met pudeln, dat poedelen (spetteren in
water) betekent. Er werd aangevoerd dat de poedel een kruising is tussen de
langharige Duitse Herdershond en een jachtras. Wie voor het permanentje heeft
gezorgd, blijft bij deze bewering een raadsel. Fransen daarentegen veronderstellen
dat de poedel van Barbets afstamt die men aan de jacht onttrok vanwege hun
buitengewone schranderheid en hun aanleg om kunstjes te leren. Etymologisch
stamt het Franse woord caniche
(vrouwtjeseend) zoals de poedel in Frankrijk heet, af van cane (eend) dat weer herleidt naar de eendenjacht. Aan het
gekissebis kwam een einde nadat de Fédération Cynologique Internationale Frankrijk
het patent verleende. De poedel valt onder de classificatie groep 9
gezelschapshonden nummer 172, sectie 2.
Karakter
De handzame poedel beleefde zijn
hoogtijdagen in de jaren zeventig van de vorige eeuw. Je kon de immens populaire
hond zelfs in dierenwinkels kopen, waar ze achter het vensterglas geëtaleerd
werden. Het ras bestaat uit vier slagen: de Toypoedel (tot 28 cm), de Dwergpoedel
(28-35 cm), de Middenslagpoedel (34-45 cm) en de Grote Poedel (45-60 cm). De
Grote Poedel wordt ook wel Standaard Poedel genoemd, bij onze Zuiderburen draagt
hij de titel Koningspoedel. De vroegere jachthond was veel grover gebouwd dan
de huidige kokette show- en gezelschapshond. Het fijne karakter en het superbe
intellect van de poedel zijn wel doorgegeven in zijn genen. De poedel zoals we
die nu kennen is een aangename, attente en vrolijke hond. Hij oogt alert en
energiek en valt op door zijn vriendelijke blik en twinkelende ogen. Hij blinkt
uit in speelsheid en is één van de meest trainbare rassen. Wezenlijke verschillen tussen de maten zijn er haast niet: de Grote Poedel
is wat kalmer dan de kleinere beweeglijkere varianten. Logisch, een maatje minder
is wendbaarder in verhouding tot een kanjer van formaat. Alle maten
poedels behouden tot op hoge leeftijd hun speelsheid en vitaliteit. Wie naast
de buitenkant het prachtige innerlijk ziet,
kan niet anders dan toegeven: tout
aan de poedel is perfect.
Sociaal gedrag
De mooiige poedel is een levendige en
vriendelijke ami die doorgaans uitstekend
overweg kan met mensen. Hij heeft een open karakter, waardoor hij graag met
iedereen zal willen kennismaken. Grands
et petits, vreemd of bekend, u kunt van hem op aan. Hij is prima
verdraagzaam met zijn eigen soortgenoten en met andere dieren. Hij is geschikt
als gezinshond of bij één persoon.
Waar houdt een poedel zich op een alledaagse
dag mee bezig? Naast zijn schoonheidsslaapjes in zijn knusse mandje of op de
bank, concentreert de poedel zich uit en thuis vooral op zijn eigenaar. Laat u
meeslepen door zijn joie de vivre en maak van het dagelijks leven een
spelletje. Bed opmaken is een feest als u de lakens uitdeelt. Bij het tuinieren,
draagt hij maar al te graag een steentje of tak bij. Tijdens het ramen lappen, scharrelt
hij rond de keukentrap op de stoep, klaar om de oeps vallende spons op te
vangen. Onder het kokkerellen, keurt de mooi opzittende fijnproever met liefde
uw probeersels uit de (Franse) cuisine
- let op de lijn! Wat voor
klusjes u ook uitvoert, betrek uw poedel in het huishouden, anders zou de Grote
Poedel dat weleens zelf kunnen gaan doen. Het is kinderspel voor uw guitige
huishond om u om de vinger te winden: door te ruimhartige toegeeflijkheid
en inconsequentheid dresseert dit meesterbrein ú in plaats van andersom.
Door zijn aanhankelijkheid en zijn
loyaliteit vertoeft hij, en welke hond wil dat niet, het
liefst bij zijn eigenaar. De zachtaardige fijnbesnaarde poedel heeft er een
hekel aan om te lang in zijn uppie te wezen; veel te saai. U kunt de hond van
jongs af aan leren om enkele uren alleen te blijven, meerdere poedels nemen
(wel zo gezellig) of zorgen voor een vaste back-up.
Opvoeding
en beweging
De attente poedel heeft een bereidwilligheid
om te werken waar je u tegen zegt. Hij is un
étudiant exceptionnel, een vlugge
vlotte leerling en bovendien goedgehumeurd. De opvoeding van de poedel geeft pas de problème: doorgaans volstaan
vriendelijke verzoeken. Naast gekroeld worden, is de best ondeugende hond
altijd in voor een verzetje. Spelletjes vindt hij het einde. Kunstjes hoeft u slechts
één keer uit te leggen en de poedel kan het meteen, tot groot genoegen van hem
en u. Gehoorzaamheidsoefeningen (zelfs G&G I en II) zijn voor hem een
uitdaging om er een schepje bovenop te doen. Het is een groot misverstand dat
de poedel slechts een schoothond is. Het talentvolle dier staat fanatiek open
voor verschillende takken van hondensport en is geschikt als reddingshond of
blindengeleidehond. Zoals eerder aangegeven werd hij als jachthond ingezet en
is/was hij een succesvol kunstenmaker in bijvoorbeeld circussen waar hij de
clown uithangt of acrobatieke toeren uithaalt. Als opvallende gezelschapshond
bedenkt hij ook gewoon thuis uit zichzelf allerlei trucjes en kunstjes, waarbij
hij stiekem hoopt op uw applaus. De poedel is energiek van aard en heeft ruim
beweging nodig om goed uit de verf te komen. Voldoende beweging – let op de
trippelende lichte gang tijdens het lopen – betekent een tevreden huisgenoot.
Door zijn trouwheid kan de opgevoede en gehoorzame
poedel los van de lijn tijdens de promenade. Zelfs zijn eerdere
interesse voor (water)wild speelt hem geen parten meer of het moet zijn als
kant-en-klaar maaltje in zijn voerbak.
Gezondheid
en verzorging
Poedels kunnen een hoge leeftijd
bereiken, gemiddeld worden ze tussen de 12 en 15 jaar. Hoewel ze bevoorrecht
zijn met een lange levensverwachting, kunnen zich gezondheidsproblemen voordoen
bij het ras. Bij de Toypoedel en Dwergpoedel kan patella luxatie voorkomen. Bij
de Grote Poedel kan sprake zijn van heupdysplasie. Incidentele erfelijke
oogproblemen worden bij alle vier de gezien.
Patella luxatie is een van de meest voorkomende
orthopedische aandoeningen: het van de plaats schieten van de knieschijf,
waarbij deze naast het gootje kan komen te liggen waar hij normaal in hoort te
zitten. Het vaakst komt de incidentele (habituele) vorm voor, waarbij de
knieschijf naar binnen schiet. Men onderscheidt verschil in ernst (graad) en
richting waarin de knieschijf zich verplaatst. Afhankelijk van die mate wordt
vastgesteld of er sprake is van overgangsklasse dan wel graad 1 t/m 4. Bij de
laatste is er sprake van een voortdurende verplaatsing van de knieschijf
waarbij deze niet eens meer op zijn plaats te krijgen is.
HD (Heupdysplasie) betekent letterlijk: heupmisvorming. Het komt voor bij
(middel)grote rashonden, bastaards en kruisingen. HD is een door erfelijke
factoren (25%) en uitwendige invloeden (voeding en onstuimigheid van de hond)
bepaalde ontwikkelingsstoornis van de heupgewrichten. Doordat er teveel
beweeglijkheid tussen dijbeenkop ten op zichte van de heupkom is treedt
vervroegde slijtage in het heupgewricht op die uiteindelijk leidt tot pijnlijke
artrose.
Enkele ongemakken. Om oorinfecties te vermijden, controleert u regelmatig
de oren en plukt u overtollige haren weg. Bij poedels die een voorkeur voor
zacht voedsel hebben, zult u regelmatig de tandenborstel ter hand moeten nemen
om eventuele aanslag op de tanden te verwijderen.
Poedels verliezen weinig tot geen haar. Omdat de krullen niet ruien, maar
doorgroeien, zullen de poedelharen coûte que coûte gekortwiekt moeten worden. Bij de aanschaf van
deze chien zult u een royaal budget
moeten inruimen voor frequent salonbezoek.
Een
hond zonder CAnF1 is nog niet uitgevonden. Dikwijls wordt de poedel door zijn
toekomstige eigenaars juist uitgekozen vanwege die vermeende hypoallergene
vacht. De niet verharende houdt weliswaar de CAnF1-eiwitten vast die bij één op
de tien Nederlanders een allergie voor honden veroorzaken, máár de verspreiding
van de eiwitten staat of valt ook bij de poedelvacht met intensief onderhoud en
vooral zeer regelmatige wasbeurten. De poedel kan zelf eveneens last krijgen
van allergieën en huidaandoeningen. Dit kan te wijten zijn aan een gebrekkige
verzorging, het gebruik van bijvoorbeeld verkeerde shampoot, of het ondeskundig
toepassen van de tondeuse.
De poedel met zijn klassieke astrakan bontmantel
is beschikbaar in zes très elegante
vachtkleuren. Hij paradeert in: zwart, wit, grijs, abrikoos, rood en bruin. Laatstgenoemde
couleur schijnt de neiging te hebben
voortijdig grijs te worden. Naast de krulharige variëteit bestaat er de
sporadisch voorkomende 'koordenpoedel'. De unieke krullerige vacht heeft extreem
veel verzorging nodig om welgevormd en fris te blijven. Bij voorkeur dagelijks
doorkammen. Elke maand, of om de twee maanden (ligt eraan hoe u de vacht
onderhoudt) moet de poedel naar de kappert om geknipt of geschoren te worden.
Dit kan bij de trimsalon of door uzelf gebeuren indien u over de nodige
vaardigheid, geduld en verzorgende toewijding beschikt. Zo blijft zijn toilet
in model en de dresscode op niveau Interessant detail: in vroeger tijden werden
waterhonden met krullerige vacht slechts tweemaal per jaar geschoren. Namelijk
tegelijk met de schapen. De poedelman kan verschillende basisvormen aannemen:
van opzichtige tot sportief ogende modellen. Het 'puppykapsel' of de
'lammetjesvacht' met zijn overal even kortgeknipte in toom gehouden doorsnee
krullen, is het meest populaire omdat het eenvoudig en voordelig (zelf) te
onderhouden is. De 'continental coupe' is met het achterste gedeelte van het
lichaam geschoren, banden rondom de enkels en pompons op staart en heupen,
heuse haute coiffure. Het 'werktoilet', al eeuwen in zwang voor waterhonden,
zorgt voor een optimale bewegingsvrijheid. Het bestaat uit een geschoren
achterhand, een geschoren snuite en een geschoren staart met uitzondering van
de fiere staartpunt. Een traditioneel kapsel dat specifiek ontwikkeld is om het
gewicht van de vacht te verminderen tijdens het zwemmen terwijl tegelijkertijd
de gewrichten en de belangrijkste organen beschermd worden tegen de koude. De
geschoren snuit zorgt voor een excellent zicht. De diverse toiletten waarin de
poedel tegenwoordig verplicht wordt geshowd op officiële tentoonstellingen,
zijn allemaal afgeleid van het oorspronkelijke sine qua non 'werktoilet'. We
noemen het 'leeuwentoilet', het 'Engels toilet met de fameuze topknot ' en het 'Modern toilet met
beharing op de (voor)benen'. Voor wie het weten wil: de poedel lijdt absoluut niet
onder het al dan niet opvallend gekapte dessin. Hij draagt elke stijl sans
gêne.
Voor meer informatie: www.poedelclub.nl