zondag 17 mei 2015

HEBBEDINGETJES

retro grabbeltonspeelgoed bij tinstarcompany

Cabaretier/sidekick Marc-Marie Huijbregts had het afgelopen week bij DWDD over de toddenboer waar hij tweedehandskleren uit gigantische balen uitzocht. Aan zijn leeftijd schat ik dat dit in de late jaren zestig moet zijn geweest. Meteen kwam een diep weggedrukt trauma naar boven. Slechts eenmaal per jaar deed de voddenman (in het dialect: loemelekerl) met ponywagen ons dorp aan - strategisch in het voorjaar als de grote schoonmaak plaatsvond. Een attractie.

Ik troggelde mijn moeder japonnen af die ze eigenlijk wilde bewaren. Want als je een bepaald aantal lommele inleverde, mocht je graaien in de grabbelton. In het verroeste olievat zaten dichtgeplakte beige enveloppen. De inhoud bestond uit plastic prulletjes waar ‘made in China’ opstond. ‘Made’ spraken wij toen nog fonetisch uit en associeerden wij derhalve met wormen.

Het toeval wilde dat mijn buurmeisje prijs had met een hebbedingetje: een geel poedeltje. Ik greep een speelgoedpistooltje. Zij wilde, logisch, niet ruilen. Later dat jaar heb ik mijn spaarcentjes op de fancy fair (liefdadigheidsbazaar) en op de kermis verkwist bij het touwtje trekken, waar ik weer achter het net viste. Ik hengelde een ondeugend bloot blond poppetje dat een handdoekje voorhield. Het werd meteen in mijn moeders handtas weggemoffeld. Sindsdien mijd ik tweedehandszaken, kermissen, markten en braderieën als de pest. Ik begrijp nou waarom.