Duitsland geniet van een vrije dag in onze regio. Meegenomen
is dat ze negen van de tien keer mooi weer meebrengen. De tuindeur staat op de
haak. Ik geniet van een vogelfuga. Dat herinnert me eraan: ik moet op de geïmproviseerde
voederplank kruimels neerleggen voor de hardwerkende mussenmam van wie het
nest met drie hongerige snaveltjes door mijn voortvarendheid bij het snoeien net
niet op de composthoop is beland.
Intussen ziet Joop - de muzikale ‘huismerel’ - de open deur als een vrijbrief om weer ongevraagd
binnen te sluipen. Joop is een allesbehalve kopschuwe vocalist die binnen zijn
gram wil komen halen. Hij hipt op de bank, neust tussen de collectie designvazen
op de wandschappen, beziet de kraakheldere keuken en laat uit misnoegen drie krijten
kledders achter. De merel is familje van
de lijster. Ze hadden ‘m schijtlijster moeten noemen.