OVERDRIJVEN EN VERHOEDEN
Het gros van de huishonden dreutelt in de natuur braaf achter zijn baas aan. Of probeert op een grasveldje een opgeworpen tennisbal te vangen en te apporteren. Honden met een passie om andere dieren te drijven, hoeden of najagen, en die niet professioneel aan de slag mogen kunnen wegrennende dieren of voorbijsnellende verkeersdeelnemers als een uitdaging zien. Drijven (het beschermen en bewaken van een kudde), hoeden (het vee voor zich uit in een bepaalde richting sturen), en jagen (het hetzen van wild om het buit te maken) zijn zelfbelonende spelletjes. Heeft de hond eenmaal een succesje behaald dan is hij voortaan moeilijker te temmen. Enkele praktijkvoorbeelden (met goede afloop) waarin u en uw hond kunnen belanden.
SILENCE OF THE LAMBS
We ervaren de luxe van de leegte. In elk kwadrant van het ruige
landschap zijn plukjes schaap neer geplant. Weer eens wat anders dan zo’n
vuilwitte homogene massa. Mijn herder en ik omzeilen de lamsboutjes in wording
behendig. Niet omdat de herdershond erachteraan zou gaan - schaap
of lam is not his cup of tea - gewoon
om ze daar mooi verstild te laten wezen. In uitgestrekte draf volgt de
herdershond een op hol geslagen konijn dwars door het verbaasde kuddetje.
Bedaard keutelen ze achter hem aan, nieuwsgierig waarom hij hen straal negeert.
Zelfs als Roger Rabbit - voor wie wil: Bugs Bunny - en
de hond weer hetzelfde traject terug spuiten, zijn de schapen minder dan lucht
voor hem. De schapen verdommen het en doorbreken hun stilzwijgen. Klagerig
eisen ze dat hij hen drijft. Altijd wat te mekkeren die schapen: het moet niet
gekker worden! De hond hoort het niet, die zit honderd meter verderop met zijn
kop in een konijnenhol.
COWBOY
De zon versmelt in de rivier. De Buhund speert tussen het
prikkeldraad door de wei in. Meteen duikt hij in een molshoop waar hij verwoed
start met graven. In het vuur van het moment is de afrastering aan zijn
aandacht ontsnapt, evenals de twee hazen die plat op de grond langs een
weidepaaltje rusten. De zeven runderen die verderop grazen zijn voor hem totaal
niet in beeld. Zij zien hem wel. Terwijl hun zwiepende staarten de vliegen van
de flanken afslaan, proberen ze hun tong om de groeiende graspollen te slaan.
Na een kwartiertje vinden ze het welletjes. Wie is dat brutaaltje dat zomaar hun wei is ingeslopen? De witte motor, een weetgraag stiertje, kuiert manhaftig naderbij. Zijn harem bestaande uit zes pinken volgt gedwee. Pas als de hele kudde als een cordon achter hem staat, kijkt Bu om. Oké, oké, ik ga al, schokschoudert hij. Met gezonde tegenzin verlaat de hond de pas verworven aarden bult. Het samengeklonterde rundvee marcheert gedreven achter hem aan. De omgekeerde wereld. Het prikkeldraad waar de hond zo-even nog met gemak onderdoorging, moet zijn baas, ongelogen, omhoog tillen anders kan hij de wei onmogelijk verlaten.
GONE WITH THE WIND
Het drietal maakt een obligate wandeling over de winderige dijk net op het moment dat de bonte parade langskomt. Vanwege het hardloopevenement is de wijk afgesloten en kunnen ze die zaterdag niet naar de renbaan aan de andere kant van de stad. De windhonden en hun baas blijven staan om naar het lange lint van renners te kijken. Het is onwijs koud en de baas daalt gauw met ze af naar het lagergelegen gebied. Seconden later. De baas kijkt om. De schrik slaat hem om het hart. De greys hebben onverwacht opgetrokken en zijn al over de hoge heuvel. Een muts tot diep over de oren en een woest waaiende wind waardoor hij niet gehoord had dat de honden het op een lopen hadden gezet. Een geluk dat de tweebaanslaan was afgesloten. Behalve de bezemwagen was er geen gemotoriseerd verkeer. Het toegestroomde publiek bezag van dichtbij wat er gebeurde. Het eerste groepje renners passeerde de twee greyhounds. Beide windhonden demarreerden en haalden de bezwete wedstrijddeelnemers met gemak in. Hun baas brulde. De honden die alleen iets wilden bewijzen, voegden zich onder vingergefluit meteen bij hun baas. Waarop die de opmerking maakte: ‘Snappen jullie nou waarom ze die deelnemers hard lopers noemen?’
MISTAKEN
De Västgotäspets is verplicht aangelijnd in het natuurgebied waar vier Galloway kalfjes uit vier verschillende moeders geboren zijn. Nog wat onwennig en houterig stappen ze rond in de uiterwaarden. Net als hun stiefbroertjes en -zusjes vorig voorjaar. Toen was de eigenaar van de koeiendrijver er niet op bedacht. De hond die net deed alsof hij ze aanzag voor bouviers, omcirkelde de zes en dreef ze puur op genen richting pa Galloway. Die stond met gevaarlijk stampende en hoeven en dampende neus de verrichtingen van de kleine dapperd te bekijken. De man was opgelucht dat de hond na gedane arbeid, trots uit zichzelf terugkwam. Dat had hij toch maar mooi voor elkaar gekregen. De rondstruinende 'bouviertjes’ van dit jaar zou de Västgotäspets ook graag in de hakken willen bijten en blaffend stellen. Vandaar dat de hond vastblijft. Buiten het gebied mag de hond weer los. Daar laat een toerist - hoe groot is de kans - haar beide koehonden net uit de camper. De Västgotäspets ziet zijn kans schoon en drijft de twee overrompelde giganten met gemak naar elkaar toe. Hun eigenaar neemt het voorval nogal laconiek en zelfs een beetje lacherig op: dat twee kolossen zich zo door het kleintje hadden laten inpakken.
RUNNER’S HIGH
Stromende regen op dierendag. Geen hond die zich met zulk weer buiten waagt als het niet hoeft. Bij gebrek aan beter draven de drie verregende merries in de wei langs het gespannen schriklint met de IJslandse Hond mee. Het nat voelt hij geeneens. Hij raakt euforisch door de meerennende paarden. Als de paarden allang opgegeven hebben, vliegt hij moeiteloos verder over glooiende aspergebedden, verraderlijke kuilen en omgevallen boomstammen. Zigzagt door het weerbarstige graan en ontwijkt gladjes laaghangende takken. De rest van de wereld doet er even niet toe. De poten, gespreid in het verlengde van zijn atletische lichaam, maken zwevende bewegingen boven het hoge gras. De vrijgekomen endorfine geeft hem onzichtbare vleugels. Hij rijst en daalt in een ritmische flow over plat geregende halmen alsof zijn lichaam ervoor gebouwd is. Runners' high: het abnormale gevoel dat je mentale drive je lichaam dwingt tot rennen. Aan de horizon: een ruiter te paard. Voorheen totaal oninteressant. De berijder schat de situatie juist in. Hij houdt zijn paard in bedwang. De hond blaft op korte afstand fel tegen het kalme edele dier. Het paard is honden gewend en kijkt uit de hoogte op hem neer. Op een drafje komt de eigenaar aan; voor je het weet krijgt de hond een hengst. Hij verontschuldigt zich en kan rekenen op begrip. De blafferd wordt het zwijgen opgelegd terwijl hij aan de riem mag. Dat was kielekiele.
BIKER BOYZ
ATB’ers snijden hen telkens de pas af op deze zonnige zondagmorgen. Ze nemen bruut voorrang op het verharde wandelpad in plaats van uit te wijken in het mulle zand erlangs. Daar is deze lompe fiets oorspronkelijk toch voor bedoeld? Het schijnt dat meer wandelaars geterroriseerd worden door deze onsportieve zondagsgasten op hun all terrain bike. De werkloze border collie voelt zich geroepen om telkens de achterhoede van fietsende groepjes mannen op te wachten. Alles wat achterop komt, moet eerst langs voordat hij verderloopt. Zo werkt dat bij een herderende hond. Vooruitkomen met wandelen schiet zo niet op. Opwachten, voorbij laten gaan, en achteraan sluiten om als hond toch vooral het idee te krijgen dat je de boel opdrijft. Hij deed er niemand kwaad mee. Totdat de hond er steeds bedrevener in wordt en zijn werkterrein verlegde naar alle bewegende stalen rossen, brommers, joggers en skaters. Als eigenaar word je uit veiligheidsredenen en sociaal oogpunt (die lieden vragen niet om opgejaagd te worden) gedwongen om op tijdstippen met weinig verkeer te wandelen, en de hond aan te lijnen om ongelukken te voorkomen. De beste mogelijkheid is een andere bezigheid voor de hond te zoeken. Laat er nu net een cursus ‘schapen drijven’ bij de vereniging op het program staan.