maandag 29 maart 2021

NORRBOTTENSPETS

De Norrbottenspets ziet ze vliegen

Acht jaar geleden zag ik een plaatje van een hond die ik nooit eerder had gezien. Op een recenter hondentreffen voor intimi was er een aha-erlebnis: een Norrbottenspetsmoeder met haar dochter en een zoon die daar live aanwezig waren. Ik was meteen gecharmeerd van de lenige vlekkies: ongekunsteld en toch bijzonder. Het ras heb ik in mijn achterhoofd gehouden. Toen we in waren voor een kleinere noorderling begon onze wereldwijde zoektocht, want de complete Nederlandse populatie hadden we al ontmoet. Dankzij het internet en grote inspanningen van manlief hebben wij een jaar geleden ons sneeuwvosje mogen omarmen.

Herkomst en geschiedenis

Ofschoon de Norrbottenspets officieel uit Pippi(lotta) Långstrumpland komt, liggen zijn roots in het hoge noorden van Scandinavië. In de wildernis aan Finse en Zweedse zijde leefden zo lang als men het zich kan heugen, (pels)jagers in nederzettingen met hun veelzijdig inzetbare spitsjes. Uit die optiek mag er geconcludeerd worden dat het Zweedse ras een connectie heeft met de Finse Spits en de Noorse Buhund. Een scheutje hier, een drupje daar, wat maakt het uit: al het goede komt van boven. Door de Tweede Wereldoorlog kelderden de bontprijzen en de bonthandel stortte in. De consequentie: het op sabel, marter en hermelijn jagende hondje verdween.

De inschrijving van de Norrbottenspets verliep alles behalve vlekkeloos. In de tweede helft van de 19e eeuw concentreerde het Finse vogelhondfokprogramma zich volledig op de uni Finse Spits. Zo kon het verkeren dat Zweden de gevlekte witte spets onder haar vleugels nam.

De eerste rasstandaard werd in 1910 goedgekeurd door de Svenska Kennelklubben (SKK). In 1948 werd de, naar men veronderstelde uitgestorven, hond uit de boeken van de Zweedse Kennel Klub geschrapt. Ondertussen zetten enkele jagers uit het zogenoemde landschap Norrbotten (Norr = noorden, botten = bodem) de tering naar de nering en schoolden de bonthond om tot vogeljager en hof- en gezinshond. De FCI bevestigde dat in 1966 in de groep 5: Spitsen en oertypen Sectie 2 noordelijke jachthonden nummer 276. In 1967 trok de Zweedse Kennel Club de registers voor de gereconstrueerde stamboomwaardige hond weer open en plaatste hem onder de nieuwe naam: Norrbottenspets. Finland erkende de rasstandaard in 1973 en zette een fokprogramma op om de genenpool te verbreden. Het zijn feitelijk de Finnen die de kleine Zweed gered hebben. Tegenwoordig benutten jagende eigenaars de Norrbottenspets als mobiele blaf- en locatiescout bij de jacht op klein haarwild en plompe op de grond broedende fladderaars. Parelhoenders, fazant, pauw en kor- en auerhoen slapen op veilige hoger gelegen plaatsen in bomen en verbergen zich bij gevaar in het struikgewas. De Norrbottenspets jaagt de vogel op, houdt zijn blik op de neergestreken vogel gericht en laat zijn speciale jachtblaf horen, waardoor de jager de plaats van de prooi kan bepalen.


Karakter

Ik zal de Norrbottenspets uitgebreider beschrijven dan de bruksanvisning van Ikeakast 'Billy'. Eerst de egenskaper in vogelvlucht: zelfstandig, monter, allervriendelijkst, levendig (energie voor tien), lief, nieuwsgierig, zelfbewust, moedig, en waaks. Hij is te bestellen in een show- en een jachtlijn. Beiden zijn drager van het ja-gen, en de uiteindelijke keuze biedt geen 100% garantie: de gedrevenheid om te jagen kan bij het eerste type latent aanwezig zijn en bij het tweede zich duidelijk(er) manifesteren, maar dat hoeft niet zo te zijn. Als jachthond moeten ze alert zijn en durven. De vogelaar die aan zijn trekken is gekomen (met een plezierige bezigheid naar believen), is thuis rustig en braaf. De Norrbottenspets is een beweeglijke jachthond van geringere afmeting die veerwild opspoort, opstoot en door op strategische momenten te blaffen de aandacht ervan gevangen houdt, zodat de jager het beest kan neerschieten. De Norrbottenspets loopt zoals het hoort in zijn vrij een slordige 30 tot 50 meter voor je om vogels, hoenders (fazant!) en eekhoorns te spotten - in het buitenland mag hij zich, voorzien van een tracking systeem, kilometers van je verwijderen. Het beste is om vanaf het begin onderscheid te maken tussen recreatief wandelen en op jacht gaan, want voor je het weet blaft je hond voor elke mus of merel.

Sociaal gedrag

Je moet wel sociaal zijn als je uit het geboorteland komt van Alfred Nobel die bij testament de Nobelpriset liet instellen. Norrbottenspetsen kunnen met alles en iedereen overweg. Er zit geen greintje kwaad in. Ze acclimatiseren in stedelijk gebied als huishond, maar prefereren  de natuur, omdat hun primaire functie nu eenmaal de jacht is. Een huis met een flinke tuin/erf en actieve eigenaars die veel met hem ondernemen zijn minimale voorwaarden. Nederlanders denken dat ze patent hebben op gezelligheid, maar de Norrbottenspets houdt ook van hyggelig (Scandinavische knusheid). Hondenvrienden mogen aanschuiven als gast, logé of huisgenoot: enig 'kind' is ronduit saai. Het energiebommetje rent, worstelt en stoeit graag met honden. De stuiterbal laat zich niet ondersneeuwen. Het spreekt voor zich dat hij aast op de bij de familie behorende vogels, kippen, muizen en konijnen. Onderweg hebben eekhoorns en fazanten zijn volledige aandacht. De nobs wordt voor wantrouwend versleten, maar het is Scandinavische terughoudendheid. Niks mis mee. Geef hem een paar minuten de tijd om op eigen initiatief met vreemden (en kinderen) kennis te maken en hij kruipt daarna zo bij ze op schoot. Hij zal aanslaan om huis en gaard te bewaken met een doordringende schelle kef die de muzikaliteit van ABBA geen recht doet. Bevestig dat je de blaf hebt gehoord en bedank hem hartelijk voor zoveel ijver en vooral voor zijn verdere zwijgen.

Opvoeding

De Norrbottenspetspup is als een Zweedse puzzel: gemakkelijk en geen raadsel voor fervente vrienden van spitse-oren. Je klauterende geitje of springbokje zoekt het voortdurend hogerop. Meubilair of een stapel hout vormen een uitdaging om te beklimmen. Het zijn net katten als ze zich via je zithouding omhoog ellebogen om ergens bij kunnen of zich in allerlei bochten wurmen om hun doel te bereiken. Probeer de hoeveelheid sprongen een beetje te beperken bij jonkies. Bij de aankoop heeft je toekomstige Norrbottenspets al een plaats gereserveerd voor de vensterbank, op de leuning van de sofa en op de slaapkamer. Er zijn drie onweerlegbare redenen om hem mee naar bed te nemen: zijn wakende oren staan bij jouw afwezigheid op de benedenetage constant in alarmeringsstand, je merkt weinig van de als een fika (zoet Zweeds kaneelrolletje) opgerolde Norrbottenspets op je hoofdkussen, en je hebt geen last van wintertenen als je hem als warme kruik aan je voeten laat liggen.

Kleinere rassen belanden meestal later in de testfase. Pas bij opspelende hormonen begint het temmen. Het is soms intensief en lastig om een drukke hond in de groei zijn energie te laten kwijtraken, omdat je simpelweg qua beweging beperkt bent. Verdrijf de verveling en zoek geschikte afleiding voor hem. Het is een kwestie van samen uitvogelen waar je energieslurper zich onbekommerd mee bezig kan houden - een prikkelarme omgeving waarin de hond zich vrij kan bewegen (grote tuin of erf) is voor sommigen de perfecte uitlaatklep. De vogelspotter is graag buiten waar hij kaarsrecht zittend fåglar in alle stilte, en liefst vanuit een hogere positie, urenlang kan aanschouwen. In Scandinavië en Canada verblijven ze regelmatig overdag als de baas naar het werk moet met een stel in een ruime 'volière' (anders is de vogel gevlogen) met schuilhok, die uiteraard is voorzien van een panoramapost. Van niet voergerichte honden buit je de aanleg uit en je beloont ze met waardering en met geluid. De zachtaardige Norrbottenspets is snel onder de indruk, dus een stemverheffing mist zijn uitwerking niet. Als je achteraf woont, speelt kefkabaal een mindere rol. Heb je buren of wil je gewoon geen blaffer, dan ligt bij het opvoeden daar de focus. Het is een prestatie om het blaffen dat erin gebakken zit om te buigen door de opwinding van te voren weg te nemen en/of hem af te leiden. Je hebt slechts één kans: eenmaal aangeleerd is overmatig blaffen moeilijk af te leren.

Beweging

De dynamische Norrbottenspets gaat graag op sjouw: in zijn werkzame leven is hij de hele dag in touw. De luiaards slapen uit, de wakkere vlekkies leven volgens de Gökotta norm: vroeg uit de veren om de vogels te horen zingen. Van constant aan de riem uitlaten, wordt de vrije vogel ongedurig. Investeer in de toekomst door bijvoorbeeld het gebruik van een sleeplijn bij het trainen - bij ontmoetingen de lijn kort houden of afkoppelen in verband met verstrikt raken! Op die manier kun je de hond in een overzichtelijk en afgeschermd gebied loslaten en toch indien nodig op de rem trappen. Bij een groepswandeling schaart de hond zich bij het roedel. Ik stip hierbij aan dat elk individu op zichzelf staand is: sommigen zijn minder geschikt om los te laten omdat je geen controle over hun jachtkwaliteiten krijgt (wakker het jagen in beginsel niet aan als je die hobby niet wilt gaan uitoefenen), bij makkere maatjes speelt dit niet zo. Gewaardeerde activiteiten zijn onder andere natuurwandelingen, jachttraining (jagen met succes), speuren, klimparcours, behendigheid, balans & coördinatie, en Rally-O. Of gewoon de kroelpoes uithangen. Behendigheid. Bij papier en karton scheuren, prooi vasthouden en kluiven kan de Norrbottenspets zijn voorste voetjes als handjes gebruiken: de klauwtjes functioneren daarbij als grijpertjes.

Moe van dat alles rust hij in ongelooflijke, voor ons oncomfortabel lijkende, houdingen: van lang af als een natte dweil tot op zijn rug met de poten in de lucht en met een geknakt hoofdje -  voor het omhoog turen, beschikt hij over een 'zwanenhals. De Norrbottenspets verspilt weinig tijd aan graven. Voor muizen en mollen (een alternatief voor hoenders die hier niet voorkomen) heeft hij een speciale techniek ontwikkeld: de vossensprong zeilend over het gras bij de landing: de mol of muis zit gevangen onder groene tralies en kan er zo tussenuit gepakt worden.

Gezondheid

De lichtgebouwde bijkans carrévormige spitshond met de vrij hoog aangezette in een los gekrulde boog gedragen staart die eindigt langs de dij, de wigvormige snuit en de iets opzij gerichte amandelvormige ogen, heeft een schofthoogte van 42 cm (tikar) en 45 cm (hanar); een marge van 3 cm is toegestaan. Het gewicht mag variëren tussen de 10 en 15 kg. De rashund is behoorlijk gezond. Voor gezondheidsonderzoeken wordt er naar Scandinavië gekeken - in Nederland zijn pas drie nestjes geboren. Verplichte onderzoeken zijn er voor Patella Luxatie en oogonderzoek (ECVO). Vanwege ingeslopen epilepsie rekent men op het gezond verstand van fokkers/eigenaars om dragers en lijders niet te vermenigvuldigen.

Verzorging

Onder zijn Noordse trui van zachte korte dicht aanliggende dekharen of stuggere rechte kort uitstaande draadjes waarvan de lengte op verschillende plaatsen op het lichaam wisselt, draagt de Norrbottenspets een borstrok van fijne dichte onderwol. Grote motieven in zwart, en iedere nuance van reebruin of wildkleur (agouti) worden als Zweeds design toegelaten. Als ideale kleurencombinatie wordt een witte basis met gele of roodbruine moppen gezien. De Norrbottenspets is van nature een wonderschone en fris ruikende hond. Je hoeft er weinig aan te doen, hij poetst zich als het nodig is. Alleen tijdens de rui dagelijks borstelen. Bij de  reuen wordt die beïnvloedt door de voor- en najaarstemperaturen, bij de teven in de aanloop naar de loopsheid.  

De belangen van de Norrbottenspets worden behartigd door de Vereniging van Liefhebbers en Fokkers van Scandinavische Spitshondenrassen. Voor meer informatie bezoek: www.scandia-rasvereniging.nl