donderdag 20 mei 2021

ANATOLISCHE HERDERSHOND

 

Turkse Trots

Een, geheel in somber zwart gestoken, tenger stel in het stadsplantsoen. Zij wiegt de supersonische kinderwagen met daarin hun dik ingepakte baby. Hij houdt een aardige, nog in de steigers staande Kangal vast; junior reikt al tot mijn heuphoogte. We raken aan de klets terwijl het blonde broekie met de donkere snoet gemoedelijk optrekt met de aanwezige groep honden. Elke zomervakantie in zijn jeugd was de jongeman tijdens familiebezoek in Turkije voortdurend buiten op de stoep te vinden bij de beschermheer van zijn opa en oma. Het bleef zijn droom om later net zo’n goedmoedige reus te bezitten. Nu hij en zijn vrouw gesettled waren, maakt nostalgie het moderne gezin compleet. ‘Zaak is dat je de Kangal behoorlijk socialiseert, daarom komen we elke morgen hier’, zegt de jongeman met de juiste mentaliteit en vol goede voornemens.

Herkomst en geschiedenis

De Anatolische Herdershond (Coban Köpegi) is te herleiden naar de grote jachthonden uit Mesopotamië (Tweestromenland tussen de rivieren Tigris en Eufraat) meer dan 6000 jaar geleden. De Anatolische Herdershond oefent zijn beroep uit in de oostelijk gelegen provincie Sivas in Turkije - de huidige Türk (betekenis: sterk) bewijst zijn diensten vrijwel overal ter wereld, zelfs als natuurbeschermer in reservaten. In de zacht glooiende heuvels met steile dalen beschermen ze (al dan niet gedeeltelijk beveiligd door een halsband met uitstaande pinnen) in groepsverband schaapskuddes tegen onder andere aanvallen van beer en wolf. Er is een zekere taakverdeling waarbij enkelen de kudde ter plekke verdedigen en de rest de aanvaller achtervolgt over soms flinke afstanden. De Anatolische Herdershond is in de loop der tijd gevormd naar het klimaat (hete gortdroge zomers en strenge winters; ijzerenheinig als ze zijn verblijven ze dag en nacht buiten), de leefwijze van de mensen waartoe hij behoort (vaste verblijfplaats, half of geheel nomadisch) en de toebedeelde taak: kuddebewaker en begeleider over korte en grotere afstanden over de Centrale Anatolische Hoogvlakte. Sinds 1996 worden in de parlementaire republiek de volgende variëteiten als aparte rassen onderscheiden: de vaalgele gemaskerde Kangal (vernoemd naar plaatsnaam/verspreidingsgebied), ‘witkop’ Akbaş, en ‘zwartkop’ Karabaş met zijn vaalgele of witte vacht, eventueel afgetopt met gekleurde vlekken. De merken Kangal en Karabaş (de aanduiding van de Engelsen) zijn het meest buiten Turkije verspreid. Dat verklaart waarom gemakshalve beknopte pakkende termen voor de Anatolische Herdershond worden gehanteerd. Voor de FCI blijft het de Anatolian Shepherd Dog (groep 2 Pinschers, Schnauzers, Molossers en Sennenhonden Sectie 2.2. FCI nummer 331), volgens Turkije zou hun nationale ras Anatolian Kangal Dog moeten heten. Best wel verwarrend die verschillende benamingen, maar laat je er niet door weerhouden om verder te lezen.

Karakter

Officiële wapenfeiten: stabiel, vrijgevochten, onverschrokken, intelligent, fier, handelbaar en eigengereid, assertief, trouw en aanhankelijk aan de baas, volhardend in zijn taak. De typische dorpshond is van huis uit geen huisdier. Het grootste gedeelte van het jaar leven Kangals in hun thuisland waar 96% moslim is (aanhanger van de islam), helemaal of gedeeltelijk vrij met elkaar op straat. Gedurende hun werkzaamheden zijn ze tegen vijanden van de aan hun protectie toevertrouwde kudde onverzettelijk. De realiteit laat zien dat de raszuivere Anatolische Herdershond in Nederland en Duitsland bitter weinig voorkomt; vaker zijn het mengsels. Doordat navolgers allerhande achtergronden hebben, wijken karaktertrekken nogal af - geldbeluste profiteurs mixten Anatolische Herdershonden met mastiffs en pitbullachtige om ze geschikt te maken als vechtmachines voor hondengevechten. Jammer dat de genen van die bloedmooie pup niet af te lezen vallen aan de smeulende bruine ogen. In ons land is de Kangal gewild als waakhond. Mensen nemen de pittig gekruide krachtpatser uit jeugdsentiment of om te imponeren. De ondernemende statushond heeft een serieuze betrekking en veel ruimte nodig: het terrein moet effectief afgezet worden tegen uitbreken. Tijdens het uitlaten moet je fysiek stevig in je stappers staan om die gewichtigheid van 50-60 kg onder controle te houden. Het Turkse motto is: Yurtta sulh, cihanda sulh (vrede thuis, vrede in de wereld). Thuis legt de Kangal zijn pantser af: hij wordt geacht loyaal te zijn naar de baas en zoet als Turkse thee (waarin heel veel suiker) voor diens vrouw en kinderen. Maar vindt de hond zelf een permanent verblijf tussen onvoorspelbare en luidruchtige gezinssituaties met gillende kinderen ideaal? In de omgang met vreemden is hij terughoudend, hij rekent hierbij op zijn baas die in heldere (handen- en voeten-)taal moet aangeven wat er van hem verwacht wordt in specifieke situaties.

Sociaal gedrag

Op Facebook zie je (nog jonge) Kangals zonder uitzondering op de bank liggen in krappe huiskamers van rijtjeshuizen. Terwijl het toch echt aan te bevelen is om de hond buiten te houden zonder hem te isoleren en te beknibbelen op liefde en aandacht. Bij een erfhond of kennelhond krijg je minder snel problemen met dominante aanleg. De hond kan immers niet boven je uit tronen. Des te meer interactie je met hem hebt, des te groter de kans op het ontstaan van conflicten. Zal een recalcitrante inwonende puber eerder aan de haal gaan met een van de vele kleedjes dan schoenen mollen? Deze blijven immers volgens Turkse traditie voor de buitendeur staan. Kangalbazen komen net zo defensief over als hun hond. Toch kunnen we er niet onderuit de voor een gezelschapshond minder gewaardeerde eigenschappen aan de kaak stellen. Op eigen terrein zijn (volwassen) Kangals wantrouwend, waaks tot ronduit onvriendelijk tegen vreemden. Ze komen flegmatiek over, intussen ontgaat hen niets. Er kunnen kindervrienden tussen zitten (mazzel speelt hierbij een rol), maar de kans dat ze onberekenbaar en ronduit gevaarlijk zijn, is voorstelbaar. Buiten hun territoriale citadel laten ze een heel andere kant zien: goed gesocialiseerde exemplaren zijn dan passief vriendelijk naar onbekenden. Een Kangal heeft het instinct om te hoeden en te beschermen, en om te jagen (ook voor zijn plezier): je zou het niet zo een-twee-drie verwachten, maar hij is behoorlijk snel. Actief en zorgvuldig leren omgaan met allerhande dieren die hij in zijn latere leven kan tegenkomen. Alles wat (aangeleerd) eigen is, krijgt dekking. Samen opgegroeide honden en huisdieren binnen een harmonieus roedel leven vreedzaam.

Dieren die niet eigen zijn en zich als prooi gedragen, worden zo bezien. Laat de Kangal van jongs af aan aangelijnd uit en leer hem/haar om potentiële tegenstanders c.q. slachtoffers (let op: intolerantie naar seksegenoten) te negeren. Krachtmetingen altijd verijdelen!

Opvoeding

De Kangal is een uitdaging om op te voeden, hij is niet zo gauw onder de indruk. Er zijn verzachtende omstandigheden: zijn zelfstandigheid dwingt hem om zijn eigen instinct te volgen. Hij vraagt niet eerst toestemming aan zijn respectvolle baas, maar doet wat hij nodig acht in een bepaalde situatie. In onbekwame handen is de Kangal een tikkende tijdbom. Hoe ziet het profiel van een overtuigende kandidaat eruit: de Kangalbaas is geen hiërarchische ingesteld type. Hij heeft de gebruiksaanwijzing gelezen en weet dat je als baas niet moet afwachten, maar actief problemen moet voorkomen - een paar woorden zijn meestal voldoende, maar de hond moet het commando wel op tijd krijgen om hanteerbaar te blijven. Strikt opvoeden door zaken niet af te dwingen, maar door correct gedrag te belonen; geweld roept agressie op bij deze hond en dat ga je niet winnen. Met de autonome köpek (Turks voor hond) die best wil gehoorzamen, ga je een samenwerking aan. Jij hebt geduld in de overtreffende trap, brengt veel tijd met hem door zodat hij zich met jou (en de familie) verbonden voelt, kunt hem fysiek aan, geeft hem de ruimte (een grote plaats om te bewaken is een zinvolle dagbesteding), maar wijkt geen duimbreed als hij over de schreef wil gaan. Je beseft terdege dat er anders köfte van andermans dieren wordt gemaakt.

De jonge Kangal is nog best sociaal. De omslag vindt meestal pas rond of na het eerste jaar plaats. Het gevaar schuilt in de eigenaar die onderkent dat zijn hond boosaardig kan zijn en hem/haar niet aan de ketting houdt. Kangals rijpen langzaam. Ongeveer op hun derde zijn ze pas volwassen. Het is die beruchte leeftijd waarop ze als herplaatser de deur uitgaan, in de opvang belanden, en als ze pech hebben geëuthanaseerd worden omdat ze moeilijk bemiddelbaar zijn. We kunnen er niet genoeg op hameren: de Kangal is een prachthond voor competente en ervaren bazen die volledige verantwoording kunnen nemen en dragen.

Beweging

De Anatolische Herdershond beweegt met een statige krachtige pas gelijkmatig en soepel. Opvallend daarbij is de horizontale lijn die romp, hoofd en hals laten zien. Voor zijn grootte is hij verbazingwekkend atletisch. Hij heeft veel beweging nodig, begrijpelijk gezien zijn achtergrond. Om hem überhaupt te kunnen uitlaten (vechtersbazen mogen NOOIT los) neem je vanaf het prille opvoedstadium mee dat hij andere honden kan negeren. Onder de knoet hebben, betekent dat hij kalm (en zonder naar tweebenige en viervoetige voorbijgangers uit te vallen) met je over straat gaat, ongeacht wat er om hem heen gebeurt. Dit is de juiste manier om jouw en zijn imago te verbeteren. Door hun intelligentie en het eigen initiatief ontsporen reuen te gemakkelijk. Na een potje ‘de sterkste hond van …’ zal de tegenpartij zonder uitzondering eindigen als kebab. Ravotten en dollen met gelijkwaardigen binnen zijn roedel behoort wel tot de mogelijkheden om energie kwijt te raken.

Gezondheid

Gezondheidsproblemen zijn niet in kaart gebracht, maar er kan gesteld worden dat het over de gehele linie een gezond ras is. Het ligt voor de hand dat vanwege hun zware bouw bijvoorbeeld heup- en elleboogdysplasie voorkomen. Maagtorsie, hartproblemen en op latere leeftijd kanker worden gemeld, maar schijnen niet gerelateerde uitzonderingen.

Verzorging

De rijzige krachtig gebouwde Kangal bezit een dichte dubbele vacht die hem bestand maakt tegen de meest extreme weersinvloeden. Twee keer per jaar verliest de hond zijn ‘wilde haren’. Gedurende de ruiperiode flink borstelen maakt dat er minder vlokken in het rond vliegen. Bij elk Turks gezin is er op elk tijdstip eten voor een heel weeshuis aanwezig. Je zou denken dat de Kangal daar zijn voordeel meedoet, maar voor hun formaat kunnen ze toe met een karig dieet. Armlastige hondenbezitters op een prachtplek waar de zon gratis schijnt en het dagelijks bestaan weinig kost voeren hun honden brood aangevuld met slachtafval. Wat krijgen deze honden dan in het welvarende Westen voor de kiezen? Halal?

De Vereniging van Herders- en Berghonden uit Zuid- en Oost-Europa en Azië is een koepel voor 14 rassen waaronder de Anatolische Herdershond. Voor meer informatie ga naar: www.vhbinfo.com.