Op de heide zien we een krullenbol tussen gevallen herfstbladeren wroeten. Wanneer we naderen, hangt het onnozele schaap meteen aan moeders rokken. Wat wij voor verlegenheid aanzien, is de bekende terughoudendheid die menige Lagotto Romagnolo siert. Overigens maakt de blafbijlage acuut duidelijk dat de Lagotto Romagnolo geen mak lammetje is, zoals zijn wolligheid wél doet vermoeden.
Herkomst en geschiedenis
Ergens tussen de 14e en de 17e eeuw (om de geschiedenis geen geweld aan te doen, houden we een ruime marge aan) was er al sprake van een van astrakan voorziene waterhond in de Noord-Italiaanse regio’s. Zijn werkgebied omvatte de moerasgebieden bij Ravenna, de lagunes bij Comacchio, en het lage vlakke land van Romagna. De mediterrane apporteerder van klein waterwild werd ingezet door Romagnoolse jagers. De hond vond en vindt het nog steeds zalig om door ondiepe waterplassen en de delta te dabben. Hij dankt er zijn naam aan. Lago is Italiaans voor waterplas/meer. De moerasbewoners werden Lagotti (meervoud van Lagotto) genoemd. Tel de streek erbij op en je hebt een aanspreektitel die klinkt als een klok. We nemen een sprong in de tijd. Na de drooglegging (de geleidelijke terugtrekking van de zee uit de Po vallei) vindt de Lagotto Romagnolo, dankzij zijn uitstekende neus, nieuw emplooi als truffelhond. De peperdure truffel is een knolvormige, zeer geurige ondergrondse paddenstoel. Het schaafsel of trufferen maakt gerechten tot exquise lekkernij. Een excellente truffelzoeker is voor zijn bezitter goud waard. Is het puur toeval dat de keuken van Emilia-Romagna tegenwoordig bekend staat als de beste van Italië? De krullenhond waarvan de snit bij het nageslacht onveranderd is gebleven, kreeg in 1995 een voorlopige erkenning door de FCI. In 2005 volgde de definitieve indeling in de FCI groep 8 Retrievers, Spaniels en Waterhonden sectie 3 nummer 298.
Karakter
De Lagotto Romagnolo is een hond van distinctie. Hij is een verfijnde
snoeperd, heeft bijgeschaafde manieren en ziet er, als het goed is, gesoigneerd
uit. We lepelen zijn markante cachet op. Geïnteresseerd: de prikkelgevoelige hond
is opmerkelijk alert op alles om hem heen. Vooral bij afwijkende zaken wil hij zich
op de hoogte stellen. Hij staat dan met de neus vooraan of zoekt steun bij zijn
eigenaar. Pas na een dubbelcheck is het oké. Venijnig: Over de
vriendelijke hond ligt een dun laagje vernis. Slaat de schuchterheid om in
angst, dan heeft het ene individu wat mee bite dan de ander.
Springerig: een vrolijke hittepetit die altijd te porren is voor actie. Loyaal:
aanhankelijk en contactgericht (ook tijdens uitjes). Gezellig: het plakplaatje is
zeer aanwezig in huis. Hij wil overal bij zijn en volgt de baas op de voet. Waaks:
passanten, arriverend bezoek, of mogelijk onraad, ontlokken bij de in aanleg
luidruchtige hond waarschuwend geblaf. Trainbaar: een ideale combinatie van bereidwilligheid
om te werken, ijver en speelsheid. Eenkennig: de hond ontleent zijn aantrekkingskracht
deels aan zijn reserve. Die terughoudendheid mag echter nooit leiden tot
extreme schuwheid of angstagressie. Schrikkerig:
de hond met de grote bek, heeft een hazenhartje. Hij is gauw van zijn stuk
gebracht. Dat uit zich in een neerwaarts gehouden staart en een ineengekrompen
houding. Door de afwezigheid van het angst-gen en een op maat gesneden
begeleiding/socialisatie, zal hij uitgroeien tot een evenwichtige en onbevangen
hond. Geraffineerd: de gevoelige Lagotto Romagnolo is een wolf in
schaapskleren. Toont de leider zich geen baas, dan zal hij diens positie
ambiëren.
De Lagotto Romagnolo vraagt aan zijn toekomstige eigenaar een brevet van bekwaamheid. Naast kynologische kennis, het uitstralen van zelfvertrouwen en evenwichtigheid, heeft de persoon in kwestie een laconieke instelling. De liefhebbende en toegewijde eigenaar moet de hond begrijpen, begeleiden, opvoeden als een uitdaging zien, en vooral doorpakken.
Sociaal gedrag
Ietwat contactgestoord
mag je de Lagotto Romagnolo gerust noemen. Doorgaans zal hij levende wezens voorkomend
bejegenen. Dollen met honden is aan strikte voorwaarden gebonden: beleefd zijn
in de omgang en bij voorkeur het spelletje pak-me-dan-als-je-kan beheersen,
waarbij de vooroprennende Lagotto Romagnolo niet voor een gat te vangen is. Speelkameraadjes
hoeven maar één van de regels te overtreden, en ze worden getrakteerd op tenor gegil.
Bovendien is het dan finito.
De conflictvermijder
heeft desalniettemin moeite met nieuwe personen, dieren en ervaringen. Die remmingen geven aanleiding tot blaffen. Het is noodzakelijk dat er
vanaf onbedorven pup stevig wordt gewerkt aan het socialiseren. Door de hond
gedoseerd aan van alles en nog wat te laten wennen en hem overal mee naartoe te
nemen, investeer je in een prettig samenleven. Verzaak je, dan kan de Lagotto
Romagnolo zich zomaar ontpoppen tot lastpak.
In gezinnen die rekening houden met zijn hypersensitiviteit en hem een stabiele omgeving waar duidelijke grenzen worden gesteld en regels worden afgesproken, komt hij prima tot zijn recht. De hond met aaibaarheidsfactor 100 wil door de eigen mensen graag vertroeteld worden. Hij kan prima met huisdieren, en kinderen waarmee hij opgroeit, uit de voeten. Onbekende vriendjes vallen onder de categorie: vreemde voorwerpen. Voor de allesbehalve Dappere Dodo, is een vakantie toch een plezierige onderneming. Dichtbij zijn mens gedraagt hij zich als een flexibele reisgenoot die geniet van de gezamenlijke ontdekkingstocht, zeker als je er een snoepreisje (op truffeljacht) van maakt!
Opvoeding en beweging
De Lagotto Romagnolo is
een doener. Nature & nurture (aanleg & opvoeding), plus de omgevingsfactoren bepalen hoe
het wolletje zich ontwikkelt. Wil je de hond echt tot zijn recht laten komen, dan zul je er van
meet af aan bovengemiddeld mee aan de slag moeten. Het sensibeltje heeft een
consequente baas nodig die hem de zekerheid biedt dat hij alles onder controle
heeft. Begeleiden en ondersteunen zijn kerntaken bij de opvoeding. De verkenner
zou het liefst alles tegelijk willen leren. Door de juiste balans te vinden
tussen rust en actie, leert de druktemaker relaxen. Een uitgeslapen hond is immers
veel beter in staat om leerstof in zich op te nemen. De Lagotto Romagnolo is pijn-
en voergevoelig. Bij het trainen komt de (koekjes)corruptie goed van pas.
Stemcorrecties worden meer dan eens te soft gevonden. Het ras vraagt om mentaal
en fysiek overwicht. Stevig aanpakken, door het gedrag van de moederhond na te
bootsen (een grauw, of jouw geur afgeven op de plek waar de hond zijn
bezitterigheid toont), en fysieke terechtwijzingen zoals met twee stijve
vingers in de schouder prikken, brengen de boodschap in één keer glashelder
over, volgens verschillende Truffelhondbezitters. Na een jaar kan zich een
terugval voordoen. Doet de Lagotto Romagnolo alsof hij alles vergeten is, of
genoot hij gewoon van de intensieve schoolperiode? Hoe dan ook, als baas en
hond op herhaling zijn geweest, kan hij rond zijn tweede of derde levensjaar afstuderen.
Ongewenst gedrag moet
je meteen intomen door het om te buigen naar wenselijk gedrag. De Lagotto
Romagnolo is van huis uit best blafferig. Hij heeft een heel arsenaal aan klanken.
Het operagejammer, de hoge repeterende repeat, de zware ‘whoe’, de afgevuurde
alarmtoon en de protestblaf. Met de woefjewel verzekert hij zich van jouw
aandacht. Bevestig deze (insure) en biedt hem een alternatief.
Uitgelaten. De Lagotto Romagnolo heeft veel
beweging nodig. Hij is een heerlijke hond om ontspannen los mee te wandelen:
hij is nooit ver of lang uit je buurt. Zijn jachtinstinct is hij in de loop der
tijd grotendeels kwijtgeraakt, of het is latent aanwezig. Met regelmatige
stappen, een kwieke draf of kortstondig galopperen, gaat hij in alle
weersomstandigheden op pad. Bij voorkeur in de wilde natuur. De hond moet aan
zijn trekken komen, maar is een uitje een keer minder lang, dan toont hij zich
heel inschikkelijk. Hij is dol op graven, rennen en neuzen. De Lagotto
Romagnolo heeft een aangeboren drang tot zoeken en is resultaatgericht. Hij
neust om zich van iets op de hoogte te stellen, zich te overtuigen.
Je kunt een scala aan hondensporten met de Lagotto Romagnolo beoefenen: behendigheid (hij is snel en wendbaar), waterwerk (een nat pak halen bij het apporteren? Joepie!), gehoorzaamheid (met geduld en beleid oefenen) en praktijkspeuren (werklustig). Dat laatste is de best gewaardeerde uitlaatklep van de truffelzoeker. In opperste concentratie samen met je begeleider een gelegd spoor van Canitruf of diepvriestruffel volgen, is wat de speurneus het liefst doet. Hoe meer drift de hond bezit, des te gedrevener hij is. Uiteraard start je stapje voor stapje. Je begint met het geurkokertje van je af te gooien, vergezeld van: ‘Zoek truffel!’ Dan verberg je het onder gebladerte en zo verder richting het echte werk. Een andere persoon verlegt het kokertje, zodat de hond niet het luchtje van de baas volgt, maar het geurspoor. Hijs hem in zijn werktuig. De niet-schotvaste hond zoekt zelfstandig onder supervisie van de begeleider. Staat er spanning op de leist, zijn de driehoekige oren met ronde tip van opwinding iets opgetrokken en draagt hij zijn staart boven de rug, dan waant de hond zich in de oeroude heuvels van weleer.
Gezondheid en verzorging
Dankzij het DNA erfgoed
- door gerommel met
Italiaanse vervalste stambomen en inteelt - worden er een flink aantal afwijkingen gesignaleerd: Heupdysplasie
(HD), Patella Luxatie, Juveniele epilepsie (JE), Epilepsie, Lysosomale
Stapelingsziekte (LSD), Progressieve Retina Atrofie (PRA), Cataract, voedselallergie
(glutenintolerantie), Cerebellaire Abiotrophy (CA), en Distichiasis,
Hyperuricosuria. Aanleg voor angst, verlegen- en onzekerheid. Bovendien zijn er
bij de reutjes laatbloeiers d.w.z. dat de testikels laat of ten dele indalen. Wat
dan weer hoopvol stemt is, dat de leeftijdsverwachting toch tussen de 12 en 17
jaar wordt geschat.
Verzorging. De hond in het kwadraat (hij is bijna even hoog als lang) is bezaaid met gelijkmatig over het lichaam verdeelde weerbarstige krullen in effen wit (met bruine of oranje vlekken), bruinschimmel, en egaal bruin in verschillende nuances. De meeste bruine en oranje honden hebben een genetische vergrijzingfactor. De permanent is wollig van structuur met enigszins ruwe ringen waar het onderhaar doorheen schemert. Op het hoofd vormen lossere lokken een garnituur met de forse wenkbrauwen, snor en baard. Het krullige haar van met name de ondervacht is waterbestendig. De bewerkelijke schapenvacht vervilt als er geen onderhoud wordt gepleegd. De hond gaat nooit uit de kleren. Een geregelde gang naar de trimsalon is nodig om er als door een ringetje gehaald bij te lopen. De vacht maakt de hond. Als gebruikshond wordt hij tweemaal per jaar geschoren. Mooier is om de krullen met de schaar in te korten tot een leuke lengte.